Terug
Gepubliceerd op 06/10/2023

2023_RMW_00041 - Wijziging rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel categorie 1 en 2 + categorie 3 - Goedkeuring/Weigering

Raad voor maatschappelijk welzijn
ma 25/09/2023 - 20:00 Raadzaal
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Rechtspositieregeling (RPR).

Samenstelling

Aanwezig

Sander Hoogstijns, Voorzitter; Luc Wouters, Burgemeester; Rita Moors, Eerste schepen; Wim Vangeel, Tweede schepen; Dirk Snyers, Derde schepen; Romi Soors, Vierde schepen; Heidi Lamotte, Vijfde schepen en Voorzitter BCSD; Veerle Beckers, Raadslid; Stefan Coenen, Raadslid; An Goijens, Raadslid; Mario Vrancken, Raadslid; Jeffrey Mardulier, Raadslid; Birgitt Carlier, Raadslid; Noa Vandevenne, Raadslid; Axel Geerts, Raadslid; Hanne Janssen, Raadslid; Gunter Van Oost, Raadslid; Chelsea Nshuti; Peter Aerts, Raadslid; Maarten Aerts, Raadslid; Ine Geerts, Raadslid; Johan Quintens, Raadslid; Bart Vissers, Algemeen directeur

Verontschuldigd

Veerle Verboven, Raadslid

Secretaris

Bart Vissers, Algemeen directeur

Stemming op het agendapunt

2023_RMW_00041 - Wijziging rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel categorie 1 en 2 + categorie 3 - Goedkeuring/Weigering

Aanwezig

Sander Hoogstijns, Luc Wouters, Rita Moors, Wim Vangeel, Dirk Snyers, Romi Soors, Heidi Lamotte, Veerle Beckers, Stefan Coenen, An Goijens, Mario Vrancken, Jeffrey Mardulier, Birgitt Carlier, Noa Vandevenne, Axel Geerts, Hanne Janssen, Gunter Van Oost, Chelsea Nshuti, Peter Aerts, Maarten Aerts, Ine Geerts, Johan Quintens, Bart Vissers
Stemmen voor 22
Veerle Beckers, Sander Hoogstijns, Luc Wouters, Mario Vrancken, Rita Moors, Birgitt Carlier, Dirk Snyers, Wim Vangeel, Jeffrey Mardulier, Stefan Coenen, An Goijens, Gunter Van Oost, Heidi Lamotte, Romi Soors, Noa Vandevenne, Axel Geerts, Hanne Janssen, Ine Geerts, Maarten Aerts, Chelsea Nshuti, Johan Quintens, Peter Aerts
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2023_RMW_00041 - Wijziging rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel categorie 1 en 2 + categorie 3 - Goedkeuring/Weigering 2023_RMW_00041 - Wijziging rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel categorie 1 en 2 + categorie 3 - Goedkeuring/Weigering

Motivering

Aanleiding en context

In de procedure om het zorgpersoneel in te schalen in de meer voordelige IFIC-schalen werd de functie van WZC-directeur niet meegenomen in de bovenlokale regeling. De beslissing hieromtrent dient lokaal door het bestuur genomen te worden. 

Momenteel kunnen nieuwe personeelsleden relevante ervaring uit de privé of als zelfstandige meenemen:

  • onbeperkt als het gaat over knelpuntfuncties, zowel voor tijdelijke als voor vaste contracten.
  • max. 10 jaar voor vaste contracten of voor vervangingscontracten in niet-knelpuntfuncties vanaf een jaar of langer
  • niet als het gaat over vervangingscontracten in niet-knelpuntfuncties korter dan een jaar.

Voor de organisatie is het belangrijk om degelijk en gemotiveerd personeel aan te trekken, ook als dat voor een overeenkomst is van kortlopende duur. Gezien de zoektocht naar geschikt personeel in de huidige marktomstandigheden niet evident is, dient de huidige regeling rond het meenemen van relevante privé-anciënniteit herzien te worden.

Argumentatie

Om de loonspanning, zowel binnen het WZC als ook binnen de ruimere organisatie, voldoende groot en correct te houden, wordt de inschaling voor de directeur WZC vastgesteld op A4a-A4b. Hiermee is er een zekere marge boven de IFIC 18-schaal waarop het hoofd bewonerszorg verloond wordt, maar springt de directeur WZC loongewijs ook niet over haar leidinggevende, beleidscoördinator Zorg en Beleving, die eveneens op niveau A4a-A4B ingeschaald.

De hogere inschaling kan niet automatisch toegepast worden en vereist een bevorderingsprocedure.

Om die reden worden artikels 3 - 7 - 8 - 19 - 117 - 130 - 180 alsook bijlage I en III in RPR 3 aangepast.

Om voor de kortere contracten van minder dan een jaar binnen niet-knelpuntfuncties gemakkelijker gemotiveerd personeel aan te trekken dat ook al een zekere werkervaring kan voorleggen, wordt de beperking geschrapt dat er voor die contracten geen relevante ervaring in de privé of als zelfstandige kan meegenomen worden in de bepaling van het loon.

Hiervoor wordt art. 114 in elke RPR aangepast.


In art. 261 wordt bestuur vervangen door VB om te verduidelijken dat het VB de jaarlijkse verlofregeling vaststelt.


De wijzigingen werden voorgelegd op de werknemersvertegenwoordiging van 8/9/23. Protocol in bijlage.

Juridische overweging

  • Besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 22 mei 2023 betreffende rechtspositieregeling categorie 1 en 2
  • Besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 22 mei 2023 betreffende rechtspositieregeling categorie 3

Regelgeving bevoegdheid

RMW: Rechtspositieregeling (RPR) vastleggen (art. 186, §§2-5 DLB)
<p>Artikel 186, &sect;&sect;2-5 DLB:</p><p>&sect; 2. De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de rechtspositieregeling vast voor:<br>1&deg; het specifiek personeel, waaronder wordt verstaan het personeel dat een betrekking bekleedt die niet bestaat in de gemeente die het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bedient;<br>2&deg; de maatschappelijk werker, vermeld in artikel 183, &sect; 1;<br>3&deg; het voltallige personeel van de verzorgende, verplegende en dienstverlenende instellingen en diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, waarvan de werking gebaseerd is op federale of gewestelijke financiering met bijbehorende werkings- en erkenningsregels en voor het voltallige personeel van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat ingezet wordt voor activiteiten die hoofdzakelijk verricht worden in mededinging met andere marktdeelnemers.<br><br>&sect; 3. De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de rechtspositieregeling voor het personeel, vermeld in paragraaf 2, 1&deg; en 2&deg;, vast door overname van de overeenkomstige bepalingen uit de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeente die door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn wordt bediend en rekening houdend met de door de Vlaamse Regering vastgestelde minimale voorwaarden, vermeld in artikel 195.<br><br>&sect; 4. Voor het personeel, vermeld in paragraaf 2, 3&deg;, kan de raad voor maatschappelijk welzijn op gemotiveerde wijze afwijken van de rechtspositieregelingen vermeld in paragraaf 1 en 3. De mogelijkheid tot gemotiveerde afwijking geldt niet voor de bezoldiging van de personeelsleden en de salarisschalen die van toepassing zijn, rekening houdend met onder meer de gestelde bekwaamheidsvereisten en functievereisten.<br>De eventuele afwijkingen mogen bovendien niet strijdig zijn met de door de Vlaamse Regering vastgestelde minimale voorwaarden, vermeld in artikel 195.<br><br>&sect; 5. De raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt volgens welke regels de beoefenaars van de geneeskunde toegelaten worden tot de uitoefening van hun beroep in de instellingen en diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.<br>Als die beoefenaars van de geneeskunde niet aangesteld noch bezoldigd worden als personeelslid, worden hun betrekkingen geregeld op basis van een schriftelijke overeenkomst. </p>

Besluit

De raad voor maatschappelijk welzijn beslist:

Artikel 1

De raad voor Maatschappelijk welzijn keurt de wijzigingen van het rechtspositiebesluit voor OCMW-personeel categorie 1 en 2 goed. Deze rechtspositieregeling maakt integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 2

De raad voor Maatschappelijk welzijn keurt de wijzigingen van het rechtspositiebesluit voor OCMW-personeel categorie 3 goed. Deze rechtspositieregeling maakt integraal deel uit van dit besluit.